Tag archieven: verwondering

Hout heeft een verhaal – vertel het met houtdraaien

Als je gaat houtdraaien, werk je met een prachtig materiaal. Hout. De oermens was er ook al heel goed in, en ik denk dat daarom houtbewerken in onze genen is gebleven.

Hout is een natuurproduct. Het groeit aan bomen, nou eerder: het groeit als bomen.

Alles wat de boom meemaakt in zijn/haar leven, laat een spoor achter in het hout. Dan kan zijn in de vorm van jaarringen: brede jaarringen als de omstandigheden super goed waren en de boom goed kon groeien. Magere jaarringen als het jaar wat minder ideaal was.

Hert knotten van een boom geeft het hout enorm veel karakter, als de boom van binnenuit niet gaat rotten tenminste.

Ook komt er in het leven van een boom van alles op de boom af.

Staat de boom langs een weg, dan kan een auto er steentjes tegenaan spatten, zout water van het pekel strooien in de winter, of misschien zelfs een keer een stuk schors eraf als een auto de bocht te krap heeft genomen.

Of heeft de boom een andere bedreiging? Staat hij lekker geïsoleerd met zijn strakke bast en is het een ideaal plekje om een naam in de schors te krassen. Of wordt er een fiets tegenaan geparkeerd. Ook gezien: stukken prikkeldraad die om de boom zijn gewonden bij het maken van een afrastering….

Vaasje van eikenhout. Dit stuk heeft veel tekening. In het midden zit zelf een stuk ingegroeid schors

Door te gaan houtdraaien kom je veel interessante dingen tegen in het hout. Het is juist leuk als er verrassingen in het hout zitten. Het is dan juist een extra uitdaging om het allermooiste uit dat stuk hout te halen.

Vroeger werd een donkere verkleuring in essenhout gezien als een fout. Want als je bezemstelen maakt, is het fijn als die er allemaal hetzelfde uitzien. Staat een es op een wat vochtige plek, met een hoge grondwaterstand, en komt hij op leeftijd, dan is de kans op een donkere kernverkleuring heel groot. Dat noemen we olijfessen. Het bord hieronder heb ik zo uit de plank gehaald dat ongeveer de helft van het bord uit het onverkleurde essen bestaat, en de andere helft het olijfessen heeft. Elke keer weer is het een feest om te eten van dit bord.

Ook is het super leuk dat alle houtsoorten er weer heel anders uitzien. Paardenkastanje bijvoorbeeld is heel licht van kleur, met weinig duidelijke jaarringen. Pak je daarentegen grove den, dan is het juist weer omgekeerd. Mooie kleuren vind je in kersenhout, bovengenoemd olijfessen, robinia en gouden regen. Of taxus! Dat is ook zo mooi. Ik kan zo uren doorgaan hoor. 🙂

Bijzondere tekening

Bij sommige bomen hoeft er maar iets te gebeuren en het hout krijgt een aparte tekening in het hout. Ik denk daarbij in het bijzonder aan esdoorn. Een zijtakje dat later afsterft, door de boom wordt overgroeid, blijft nog jaarringen lang in het hout zichtbaar. Staat de boom wat op spanning, bijvoorbeeld scheef, of in de oksel van een zijtak, dan treedt er vaak ribbelnerf op. Op de onderstaande schaal is een zijde helemaal met dit aparte nerf-verschijnsel bedekt. Als je het hout heen en weer beweegt in het licht, dan zie je het licht steeds anders weerkaatsen. Echt magisch.

schaal esdoorn met ribbelnerf
Esdoornen schaal met ribbelnerf.

Een houtsoort die altijd mooie tekening heeft, is plataan. Deze bomen geven natuurlijk prachtige schaduw op menig dorpsplein, en door de aparte vlekkerige schors is het een leuke boom om te zien. Het hout is ook geweldig. Soms wat bleek, soms diepbruin zoals bij het onderstaande doosje. Het leuke van plataan is de tekening op het kwartierse vlak. Dat is als je haaks op de nerf kijkt. Bij dit doosje heb je aan twee kanten dus deze tekening. Aan de voorkant, en ook aan de achterkant.

Ontdek het zelf

Door hout te draaien, ga je op ontdekkingstocht door het hout. Het hout transformeert bijna vanzelf van vierkant tot rond, en hoe gladder je het snijdt, hoe beter komt de tekening in het hout naar voren. Pak extra knoestige stukken hout voor een extra wild resultaat. Omdat bij houtdraaien de kracht niet uit je spieren komt, maar uit de motor van de draaibank, kan je met enorm harde soorten nog goed werken. Een lekker knoestig stuk eiken, of een grillig gegroeide essen stam, geen probleem. Een burl (zo’n bolle vergroeiing op een stam) van bijvoorbeeld berk of robinia zijn een genot om “uit te pakken”.

Wil je zelf ervaren hoe je het hout op deze geweldig leuke manier kan bewerken? Kom dan een workshop volgen. In één dag leer je al wat moois maken.